Wil je eindelijk eens goed en helder begrijpen wat positieve bekrachtiging precies is, wat het verschil is met traditionele training en wil je ook weten waarom het echt noodzakelijk is om in jouw trainings-toolbox te hebben? Hier krijg je mijn beste antwoorden op deze vragen!
Traditionele paardentraining
Vanuit vroeger trainen we paarden met pressure en release, ook wel negatieve bekrachtiging genoemd. We geven ’n beetje druk en op het moment dat het paard het juiste gedrag laat zien, halen we de druk weer weg. Het paard vindt de druk niet fijn en probeert dus zo snel mogelijk deze druk weg te krijgen. Hierdoor leert het paard om het juiste gedrag te laten zien, als sleutel naar de situatie zonder druk.
Een voorbeeld: een paard leert dat de trailer inlopen ervoor zorgt dat de persoon achter hem niet meer met de zweep ritmisch heen en weer op de grond slaat. Staat het paard stil, dan begin het slaan van de zweep weer. Loopt het paard weer naar voren, dan stopt het slaan van de zweep opnieuw.
Hoe erg is “druk”?
In het voorbeeld hierboven voelt het paard fysiek niets op de huid. De zweep raakt het paard niet en het doet dus geen pijn. Maar toch is het goed om hier even stil bij te staan. Het feit dat er iemand achter het paard staat, en die beweging met de zweep maakt, is voor het paard niet prettig. Is het een ramp? Nee, dat hoeft zeker niet. Maar het paard vindt het niet fijn, want anders zou het paard niet leren om de trailer in te lopen.
Pressure en release werkt dus alleen als de pressure vervelend/akelig/stressvol is. Dit kan natuurlijk in hele kleine mate zijn, maar de essentie is iets wat het paard liever niet ervaart.
Opluchting
Pressure en release, of negatieve bekrachtiging: het klinkt wellicht wat ingewikkeld. Ik herken dat wel, en soms maken mensen het extra ingewikkeld met begrippen en woorden. Maar eigenlijk is dit het enige belangrijke: gaat het om een opluchting?
Denk maar weer terug aan het voorbeeld van het trailerladen: zodra de persoon de zweep niet meer beweegt, voelt het paard een opluchting. Om dit helder te maken, zie je hieronder een eenvoudige afbeelding.
Hoe werkt het dan met positieve bekrachtiging?
Beloning
Als je paard zich neutraal voelt, brengt een beloning plezier. Het is dus erg belangrijk dat je paard zich neutraal of prettig voelt, en niet gestrest, bang of verdrietig. Je geeft de beloning op het moment dat je paard het juiste gedrag laat zien, en hierdoor zal jouw paard dit gedrag vaker laten zien.
Een voorbeeld: je paard schraapt met de voorvoeten als ze op de poetsplaats staat. Ze staat niet vastgebonden en voelt zich ook niet opgesloten of angstig. Ze verwacht haar smakelijke voeremmer en kan haar anticipatie niet verbergen. Jij bent rustig haar voeremmer aan het klaarmaken. Opeens hoor je dat ze gestopt is met schrapen. Het is stil. Op dat moment geef je haar de emmer. Je hebt nu het gewenste gedrag beloond.
Als je dit een aantal keer herhaalt, zal je merrie snel leren om niet te schrapen. Lukt dit niet? Wellicht voelt ze zich dan toch niet zo prettig op de poetsplaats als je eerst dacht.
Als ze zich te gestrest voelt, zal ze minder makkelijk leren. In dat geval is het belangrijk om haar spanningsopbouw goed in de gaten te houden. Hiermee help ik je graag!
Altijd met voer?
Een beloning dus iets wat je paard zó leuk vindt, dat je paard er graag voor werkt. Moet dit dan altijd voer zijn? Ja en nee. Meestal is het wel met voer. Dat hoeft zeker geen hele voeremmer te zijn, maar mag ook hooi, een hooibrokje, een beetje luzerne of de dagelijkse vitaminebrok van je paard zijn. Liefst geen snoepje, dat is vaak te lekker, waardoor jouw paard geen fijne concentratie meer heeft. Heel soms kan je ook een beloning geven in de vorm van een goede kriebel. De vereiste is wel dat je paard zelf ook gaat terug kriebelen. Zie je de bovenlip van je paard bewegen? Dan zit je goed. Staat je paard stil? Dan is het geen beloning.
Hoe zit het dan met een klopje, of lieve woordjes of een compliment?
Hier geeft je paard een stuk minder om dan je zou denken en dit is daarom ook geen beloning. Klopjes vinden paard vaak zelfs onprettig, en ondergaan het eerder dan dat ze genieten. Waarschijnlijk heeft je paard een opluchting ergens van ervaren (negatieve bekrachtiging) en is dat de oorzaak van het gedrag. Jouw klopje, lieve woordjes of compliment komen erna, maar zijn niet de reden dat je paard iets heeft gedaan.
Druk los is géén beloning
Opluchting is geen beloning. Opluchting is fijn en prettig, maar geen beloning. Je kan het zo zien: opluchting brengt je paard van een vervelende toestand naar een neutrale toestand, en een beloning brengt je paard van een neutrale toestand in een fijne toestand. Dit klinkt een beetje pietleuterig, maar voor mij is het een belangrijk onderscheid. Wat er gebeurt als we het loslaten van druk een “beloning” noemen, is dat we onszelf voor de gek houden. We willen onze training positief en paardvriendelijk maken, en dat is heel goed! Maar dan moeten we wel eerlijk blijven. Als je in training gebruik maakt van negatieve bekrachtiging is dat niet erg, maar het is simpelweg geen beloning.
Waarom belonen?
Bron van vervelends of leuks?
Als jij, net zoals ik, de relatie met je paard belangrijker vindt dan uiterlijk ‘succes’, is het zeker goed om met beloning te leren werken. Hoe minder vervelends er gebeurt wanneer jullie samen zijn, des te beter jullie band wordt. Wanneer jij dus iedere keer de bron bent van de vervelende dingen, zal dat jullie relatie niet verbeteren. Ook al volgt de opluchting… Het vervelende blijft vervelend – anders werkt het niet in de training.
De tijd die ik met mijn merrie Joy doorbreng, wil ik zo fijn, gezellig en stressvrij mogelijk laten zijn. Ik probeer haar zo min mogelijk angst of stress aan te doen, en daarom werk ik vooral met beloning.
Keuzevrijheid
Naast beloning is een ander cruciaal aspect van mijn werk keuzevrijheid voor het paard. Dit betekent dat het paard zelf initiatief mag tonen, en dat ik in training enkel vragen stel, en geen verplichtingen. Wil een paard iets niet? Prima. Ik blijf niet aandringen, maar we gaan iets anders doen. Een andere oefening, of een pauze, of we stoppen met de training.
Als je met opluchting werkt, kom je hiermee in de knoei. In de training met opluchting, houd je de druk gelijk of breng je de druk zelfs omhoog wanneer het paard het gewenste gedrag niet laat zien. 100% andersom dus.
Herinner je je het paard rond de trailer nog? Het moment dat het paard kiest om de trailer niet in te lopen, komt de druk van de zweep. Je kan niets anders doen dan de zweep blijven zwiepen als het paard stil staat.
Dit betekent dat een paard weinig zelf kan bepalen. Je paard moet doen wat jij wil, anders wordt de druk verhoogd, en moet het paard alsnog doen wat jij wil. Soms is het niet anders, maar dit is voor mij nooit de standaard. Als we moeten vluchten voor natuurgeweld bijvoorbeeld, dan zal Joy zeker moeten doen wat ik op dat moment nodig acht. Maar niet in onze dagelijkse training.
Ik hoop dat het onderscheid tussen traditionele training en training met beloning nu een stuk helderder voor je is. Ik hoop ook dat je nieuwsgierig geworden bent naar momenten waarop je R+ kan gaan toepassen met jouw paard!
Wil je een goede basis leggen in het werken met beloning? Kijk dan eens naar mijn Starterskit Clickertraining!
Groetjes,
Suzy
Dierwetenschapper & Paardengedragsexpert